Vijftien studenten van Hogeschool van Amsterdam (HvA) hebben tussen september 2024 en juni van dit jaar onderzoek gedaan naar een slimmere en efficiëntere logistieke keten door digitalisering. Annemieke de Leeuw begeleidde de studenten vanuit Connected Transport (CT) Amsterdam Logistics: “Ons doel was om vanuit theorie én praktijk het businessmodel voor de connected transport corridor scherp te krijgen waarin we de mix zochten tussen de belangen van overheid (wegbeheerder), bedrijven en samenleving.” In twee artikelen gaan we in op de studies. Het eerste tijdvak leverde vooral voor overheden waardevolle inzichten op.
Tekst: Anke Hoets.
Nog even ter herinnering, bij connected transport krijgt vrachtverkeer digitale ondersteuning met informatie over bijvoorbeeld de situatie op de weg en ideale routering. Ook kunnen vrachtwagens digitaal connected zijn met slimme verkeerslichten die waar mogelijk prioriteit geven. Connected rijden is goed voor de veiligheid op de weg, de doorstroming en het milieu, maar ook voor een efficiënte logistieke keten. CT Amsterdam Logistics staat aan de wieg van de connected transport corridor rond Schiphol, Royal FloraHolland en Greenport Aalsmeer. In dit project is het afgelopen jaar het accent verschoven naar samen leren in de praktijk en hier kwamen de studenten van de HvA-leergang Logistics & Supply Chain Management in beeld.
Onderzoeken studenten: theorie en praktijk
Drie teams met derde- en vierdejaars studenten voerden het onderzoek uit in twee periodes tussen september 2024 en januari van dit jaar en tussen februari en juni. In de eerste periode deze ze:
1. Verkennend onderzoek naar de maatschappelijke waardeketen gekoppeld aan het brede welvaartsmodel van TNO. Annemieke: “Bij connected transport heb je het perspectief van de vervoerder, wegbeheerder en IT-partijen. Maar er is ook nog zoiets als de maatschappelijke businesscase.” De studenten keken naar welzijnsaspecten voortvloeiend uit logistieke activiteiten in de transportcorridor. Zo werd bijvoorbeeld de impact van connected rijden op overig verkeer en op de directe omgeving rond kruispunten gemeten.
Uit hun verkenning kwamen twee aanbevelingen, namelijk dat als je als overheid focust op brede welvaart, het zaak is je te richten op kwaliteit in de vorm van gezondheid, geluid en impact op een woonwijk of bedrijventerrein. De tweede aanbeveling is dat het goed is om bedrijven mee te nemen in het stimuleren van een duurzame en efficiënte logistiek. “Maar richt je op zo’n moment op de economische factoren en minder op brede welvaart”, aldus Annemieke.

2. Onderzoek naar potentiële businessmodellen van connected transport. Volgens Annemieke de Leeuw waren de resultaten van dit onderzoek wisselend voor zowel wegbeheerder als vervoerder: de wegbeheerder ziet uitdagingen in kosten, zowel om te investeren als in het onderhoud van de transportcorridor. En de transporteur ziet uitdagingen in de toepasbaarheid van de digitale toepassingen voor gebruik op de weg. “Connected rijden klinkt veelbelovend, maar partijen zijn afwachtend. Ze willen harde bewijzen zien van het werkelijke effect voor de CO2-uitstoot en veiligheid op de weg”, zegt Annemieke de Leeuw.
3. Tot slot ontwikkelden de studenten een stappenplan voor het verzamelen van data met de eyetrackingbril. Deze bril brengt live in kaart wat vrachtwagenchauffeurs bewust en onbewust waarnemen in het verkeer en hoe ze dit gebruiken in hun rijgedrag. De bril was populair bij de studenten én bij bestuurders: eind november reden gedeputeerde Jeroen Olfhof van Noord-Holland en wethouder Marja Ruigrok van Haarlemmermeer mee in twee vrachtwagens tijdens een praktijdag van CT Amsterdam Logistics. Transporteurs DJMiddelkoop, Dobbe Transport en John Pronk demonstreerden connected rijden in de corridor rond Schiphol en Greenport Aalsmeer. Ruigrok was die dag enthousiast over de communicatie tussen devices in de vrachtwagencabine en de slimme verkeerslichten: “Geweldig. Ik kon precies zien hoe de app werkt voor het aanvragen en verlenen van prioriteit.” Olthof keek gefascineerd mee met de studenten die data van de eyetrackingbril ter plekke analyseerden. “De combinatie van de Tobii-bril met de informatie die de chauffeur krijgt in de cabine, is hartstikke interessant”, zei hij over de eyetrackingbril.

Tweede tijdvak
Tussen februari en juni hebben drie studenten vervolgvragen opgepakt van de eerdere onderzoeken en data verzameld over de dagelijkse gang van zaken in de logistieke praktijk. Zij reden mee met vrachtwagens van drie transporteurs, hielden op laad- en loslocaties de processen tegen het licht, onderzochten welke effecten digitalisering heeft op de chauffeur en de doelmatige inzet van chauffeurs. De studenten noemden dit zelf ‘De kracht van drie: onderzoek op drie verschillende thema’s volgens dezelfde methodiek. De resultaten van hun onderzoek in combinatie met feedback van de deelnemende bedrijven, bieden concrete aanknopingspunten voor een efficiencyslag in de logistiek. Hier komen we in later deze week in het volgende artikel op terug.