Aangeboden: zes ideeën voor sterkere Westas

Het is opleverweek bij het Kennislab voor Urbanisme. Vijf maanden lang werkten de laboranten aan hun onderzoeken en oplossingen in het lab op Schiphol. En dit is het resultaat: zes manieren om de Westasregio een economische, logistieke en circulaire impuls te geven. Op donderdag 25 juni werden ze gepresenteerd tijdens het slotevent bij SADC. Een korte samenvatting, voor wie er niet bij was.

 

Heatmapping als methode voor transformatie
Beukenhorst-West in Hoofddorp is al jaren onderwerp van discussie. Een groot deel van de kantoren staat leeg. En dat terwijl het gebied veel potentie heeft als woonlocatie. Deze transformatie is om verschillende redenen nog niet in gang gezet, zoals versnippering van eigendom en ingewikkelde vastgoedconstructies. Eerdere overleggen met eigenaren over vastgoedtransformatie liepen daarom op niets uit.
Sabine Takken, student Vastgoed en Makelaardij, ontwikkelde om die reden de methode heatmapping. Sabine: ‘Als je de transformatie op gang wilt brengen moet je weten hoe vastgoed denkt. Wat zijn de beweegredenen van eigenaren om over te gaan tot transformatie? Aan de hand van verschillende indicatoren kun je deze bereidheid inschatten. Is hij bijvoorbeeld eigenaar van de grond, of is er sprake van erfpacht? Hoe staat het bedrijf er financieel voor?’ De resultaten legt Sabine vervolgens over andere data heen, zoals leegstandcijfers en kwaliteit van openbare ruimte. Op deze manier ontstaat een hittekaart, op basis waarvan bepaald kan worden waar in het gebied moet worden gestart met het proces.

 

‘Maak AEO een beetje sexy’

AEO-certificering kent vele voordelen voor bedrijven die internationale handel drijven met Azië en Amerika. Snellere doorvoer, minder administratieve handelingen en minder controles bij de douane bijvoorbeeld. Als de hele MRA dit douanecertificaat zou doorvoeren, kan dit de toppositie van de regio versterken. Toch zijn er maar weinig bedrijven AEO-gecertificeerd. Waarom?
Studenten van de minor Airport Seaport Logistics van de Hogeschool van Amsterdam zochten het uit. ‘We hebben verschillende bedrijven in de regio gevraagd naar hun motieven om wel of geen certificaat te nemen. Daaruit bleek dat de voordelen van het certificaat niet duidelijk zijn en ook pas op lange termijn zichtbaar worden. Daarnaast is er ook te weinig bekendheid. Het certificaat zou volgens ons meer vermarkt moeten worden, net als bij Lean & Green is gebeurd. Daar hadden ze in het begin te maken met soortgelijke problematiek, en nu rijdt iedere vrachtwagen met zo’n embleem.’ Met andere woorden: AEO moet een beetje sexy worden gemaakt.

 

Begin de dag met een Frisse Start
Fietsen is hip. De speed pedelecs, e-bikes en racefietsen vliegen als warme broodjes over de toonbank. En met deze snelle jongens is de reikwijdte niet meer beperkt tot enkele kilometers. Met een gemiddelde snelheid van 40 km/u is het niet ondenkbaar dat de fietspendelaar dagelijks een afstand van enkele tientallen kilometers aflegt. En dat maakt dat fietspendelen ook voor langere afstanden een optie wordt. Míts je het goed faciliteert, natuurlijk.
Fietsfanaat en laborant Santini Heijmans studeert af aan de opleiding Stadsgeografie. Santini: ‘Het is eigenlijk vreemd dat er op een plek als Schiphol, waar dagelijks duizenden mensen aan het werk zijn, amper gebruik wordt gemaakt van de aangeboden fietsenstallingsruimten onder de kantoren. Natuurlijk, bij Schiphol denk je niet 1-2-3 aan de fiets als vervoersmiddel. Maar als je je bedenkt dat heel Amsterdam binnen de 25-kilometerstraal ligt, dan kan ook een aanzienlijk aantal mensen op de fiets komen.’ Potentie genoeg dus, maar het ontbreekt aan de juiste voorzieningen. Niemand wil in een bezweet pak op de werkvloer komen, dus heb je op de plek waar je je fiets stalt ook een douche en een kluis voor kleding nodig. Frisse Start is daarom meer dan een fietsenstalling, het is een luxe zeecontainer voorzien van zelfreinigende douches en kluisjes. Met abonnementen van 80 euro per maand (3,80 per dag bij elke dag stallen) is dit concept al rendabel te maken. Het businessmodel staat op de website van het Kennislab.

 

Wat moet de overheid doen aan circulaire economie?
De afgelopen maanden hebben we heel wat discussies gevoerd over de circulaire economie. Opmerkelijk genoeg gaat het dan vooral over de vraag wat anderen — overheid of bedrijfsleven — moeten doen. Maar als we een circulaire economie willen, moeten álle partijen meedoen. Ook de overheid. Daarom onderzocht Robin Wientjes, student Milieukunde, wat het voor de overheid zou betekenen als zij de circulaire gedachte als uitgangspunt zou nemen voor haar ruimtelijke ordening. Ze bracht de Westas in kaart, van bodemlagen tot stromen. Deze analyse mondt uit in een programma van eisen, met zeven uitgangspunten voor een circulaire Westas:
1. Er mag geen onbenutte warmte meer ontsnappen.
2. Bestaande gebouwen moeten worden gebruikt voordat wordt uitgebreid met nieuwbouw.
3. Er mogen geen lege vrachtwagens meer door de Westas rijden.
4. Huizen mogen geen energie meer kosten, maar moeten energie opleveren.
5. In de Westas bestaat geen afval meer.
6. Elke functie in de Westas moet meervoudig zijn.
7. Grote energie vragende bedrijven zoals Schiphol moeten ook energie opwekken.

In het eindverslag legt Robin uit hoe ze tot deze zeven eisen is gekomen. 

 

Circulaire PET
PET-plastic kennen we vooral van de frisdrankflessen. Maar het zit in veel meer producten. In tapijt, in kleding en gordijnen bijvoorbeeld. En waar we voor frisdrankflessen een prachtig systeem hebben voor recycling, ontbreekt dat voor alle andere plastics. Laszlo Teunissen, student Climate & Management, onderzocht op welke manier je deze plastics op een rendabele manier kunt terugwinnen. ‘De techniek monomeren brengt de plastics terug naar de oorspronkelijk grondstof: aardolie. Hiermee kan opnieuw plastic worden gemaakt.’ Ook is het volgens hem mogelijk om hier een sluitend businessmodel bij te krijgen. Het zoeken is nu naar partijen die het aandurven om dit in de Westas, dat zich qua locatie en aanwezige bedrijven uitstekend leent als circulaire hotspot, te realiseren.

 

Herstructureren vanuit de toekomst
‘Als je bedrijventerreinen wilt herstructureren, redeneer dan vanuit de toekomst — niet vanuit het nu.’ Het is boodschap van Alex Maat en Anne Luz Pijnenburg, studenten Sociale Geografie en Planologie. Hiermee doelen ze met name op bedrijventerreinen die ooit aan de rand van de stad lagen en na verloop van tijd steeds meer in stedelijk gebied zijn komen te liggen. Alex en Anne Luz maakten een trendanalyse voor Sloterdijk II, welke vervolgens over het gebied heen werd gelegd om de kansen voor herstructurering te ontdekken. ‘We hebben drie trends geanalyseerd die volgens ons de grootste impact hebben op bedrijventerreinen: constante verbondenheid, flexibilisering en bewustwording. Vervolgens hebben we het gebied volledig ontleed per functie, per gebouw en per stroom. Daarna hebben we gekeken naar hoe ieder onderdeel verandert onder invloed van de huidige trends. Bijvoorbeeld: is de voorgevel van een gebouw wel passend als je in de toekomst ook horecafuncties op een terrein gaat toestaan?’ Daar waar mismatches tussen de huidige en toekomstige situatie op het bedrijventerrein het grootste zijn, liggen de kansen voor herstructurering.

 

Geïnspireerd geraakt? Wilt u zelf aan de slag met een van deze ideeën? De eindverslagen en contactgegevens zijn te vinden op de site van het Kennislab voor Urbanisme