Er is geen afval in de openbare ruimte

De Westas is in de Metropoolregio Amsterdam een waar laboratorium voor innovatieve projecten in de circulaire economie. Afvalverwerker Meerlanden is actief in onder meer de gemeenten Aalsmeer, Haarlemmerliede en Spaarnwoude en Haarlemmermeer. Het bedrijf heeft als doel om afval voor 100% terug te brengen in de kringloop. Diederik Notenboom, manager Openbare Ruimte, publiceerde onlangs zijn visie op de toekomst van Meerlanden.
Als je de openbare ruimte analyseert, dan kun je een lijstje maken van natuurlijke en technische producten die er te vinden zijn: gras, bankjes, verkeersborden, bomen, hekken, lantaarnpalen, plantjes. En die lijst kun je blijven aanvullen. Hoe leid je dat in goede banen om een circulaire openbare ruimte te ontwikkelen? Diederik Notenboom gaat in zijn visie in op die vraag. Hij keek samen met Stadszaken.nl naar de circulaire mogelijkheden van de natuurlijke en technische kringlopen in de openbare ruimte.

‘Takken worden brandstof, schoffelafval compost en we kunnen suikers winnen voor medicijnen’

Natuurlijke kringlopen
De natuur is een eindeloze kringloop waarin alle materialen weer een nieuw leven krijgen. De groene plukjes in de openbare ruimte maken onderdeel uit van die kringloop, maar staan onder druk van menselijke behoeften. “Dus beheren wij die groene stukjes openbare ruimte door periodiek te snoeien, maaien en bladeren te vegen. Het opruimen is een taak,” stelt Notenboom, “maar al die materialen kun je heel goed hergebruiken als grondstoffen. In 2020 willen wij dat met alle vrijgekomen materialen uit de openbare ruimte realiseren.”
Spil in het verhaal is de vergistingsinstallatie voor de verwerking van groente-, fruit- en tuinafval tot biogas. Jaarlijks wordt 50.000 ton gft-afval opgehaald bij de huishoudens van Meerlanden, vergist en daarna gecomposteerd. Notenboom: “Het snoeiafval gebruiken we als bodem voor de composteertunnels, zodat hierin meer lucht ontstaat. De dikkere takken gebruiken we als brandstof voor de centrale verwarming, en het schoffelafval wordt gecomposteerd tot MeerCompost en verstrekt aan inwoners. Zo werken we toe naar een situatie waarbij al het natuurlijke materiaal uit de openbare ruimte opnieuw wordt ingezet in de vergistingsinstallatie.”
Bij vergisten komt biogas vrij en daarvan maakt Meerlanden in een gasopwekkingsinstallatie groengas. Het groengas is van aardgaskwaliteit en wordt ingevoegd in het aardgasnet; een deel van het wagenpark van Meerlanden rijdt op aardgas. “Dit betekent dus dat de inzamelwagens rijden op het gft-afval dat ze zelf hebben ingezameld”, vult Notenboom tevreden aan. Het ‘resterende’ aardgas wordt aan het openbare aardgasnet geleverd en de vrijkomende CO2 wordt afgezet in de nabijgelegen glastuinbouw. Deze groene CO2 laat bloemen en planten, groente én fruit in tuinbouwkassen groeien.
“En zo is de kringloop redelijk goed gesloten, maar er is nog meer mogelijk. Door de vergistingsinstallatie anders in te stellen, kunnen we ook suikers — een nog hoogwaardiger product — winnen die we weer kunnen inzetten voor de productie van medicijnen. In dat geval kan een bananenschil een bouwsteen zijn van een medicijn. Dat is op dit moment nog toekomstmuziek, maar het is wel een ontwikkeling die binnen tien jaar vorm krijgt”, aldus Notenboom.
Technische kringlopen
Naast de organische bestaat de openbare ruimte uit talloze technische kringlopen. De verkeersborden, de stenen in de weg, het asfalt op de weg en de bankjes in het park: het zijn zo wat voorbeelden waar Notenboom zijn ideeën over heeft. “Producenten van bankjes maken nu al vaak producten die 100% recyclebaar zijn en borden kun je zo omsmelten als je het folie eraf haalt. Veel producten in de openbare ruimte behouden hun waarde, maar die waarde wordt vaak niet benut. Dat moet je veranderen door het eigenaarschap van de producten bij de producent te leggen.”
Mooi voorbeeld vindt Notenboom de rijksweg A59 van ‘s-Hertogenbosch naar Rosmalen, waar het Rijk de komende twintig jaar beschikbare rijbanen huurt van de aannemer. “Rijkswaterstaat betaalt niet voor de aanleg, maar voor gebruik van de weg. De aannemer gaat beter nadenken over de kwaliteit van zijn weg op de lange termijn en de gebruikers krijgen betere en snellere wegen voorgeschoteld.” Op wijkniveau zijn leveranciers bezig met circulaire verlichting. Een mooie oplossing waar bijvoorbeeld Philips een lichtgarantie levert aan de gemeente volgens eenzelfde soort constructie. “Op die manier kun je beter sturen op prestaties en duurzaamheid, en waarborg je de circulariteit”, zegt Notenboom.
Prestatiegericht beheren
Het sluiten van de natuurlijke en technische kringlopen is slechts een deel van de actiepunten waar Notenboom voor pleit binnen zijn organisatie. Het optimaal gebruiken van het ‘Internet of Things-netwerk’ om efficiënter en duurzamer te werken, is onderdeel van de strategie, maar ook de introductie van een nieuwe manier van beheren. De prestatiesturing bij aannemers en leveranciers die het eigenaarschap behouden, ziet hij ook graag terug bij de inwoners: de eindgebruikers die betalen voor gebruik in plaats van voor bezit.
“Vroeger werd vooral gestuurd op frequentie (input), tegenwoordig meer op resultaat (resultaat) bijvoorbeeld lengte van gras, eenheden zwerfvuil en viezigheid van de goten.” Dat zijn echter eisen waar bewoners niet altijd waarde aan hechten. De gebruiker wil bijvoorbeeld gewoon dat zijn wegen bereikbaar en de straten schoon zijn. Hij wil een mooi grasveld om te picknicken in de zomer. “In onze nieuwe strategie willen we sturen op outcome. In overleg met de buurt kun je bepalen dat het gras iets langer mag zijn, maar dat er juist meer aandacht wordt besteed aan het ophalen van zwerfvuil. Wij bedienen de klanten en moeten ervoor zorgen dat de openbare ruimte voor hen prettig is om in te verblijven.”
Meer informatie
Meer lezen over de visie van Meerlanden kan via www.meerlanden.nl
Beeldmateriaal: Rob Essenberg

Geef een reactie