Schiphol gaat twee proeven doen om ultrafijnstof op het platform te verminderen. Ultrafijnstof komt vrij bij het gebruik van vliegtuig- en dieselmotoren. De luchthaven test een innovatieve installatie die de lucht zuivert in binnenruimtes die aan het landingsterrein grenzen en onderzoekt de mogelijkheid om deze ook in de buitenlucht te laten werken. Daarnaast zet Schiphol, samen met partners uit de TULIPS-samenwerking, een nieuwe stap in het onderzoek naar het gebruik van waterdruppels om ultrafijnstof uit de lucht te halen.
Patricia Vitalis is directeur Airport Operations & Aviation Partnerships bij Royal Schiphol Group: “We willen medewerkers een gezonde werkplek bieden en de leefkwaliteit in onze omgeving verbeteren. De hoeveelheid ultrafijnstof op Schiphol moet daarom omlaag. Daar werken we hard aan, bijvoorbeeld door Schiphol de komende jaren uitstootvrij te maken. We zijn bij twee gates begonnen met aangepaste vertrekprocedures en doen verschillende onderzoeken. We zoeken ook buiten de gebaande paden, doen experimenteel onderzoek en willen leren van oplossingen in andere sectoren die potentie hebben voor ons.
Proef met luchtzuivering
Schiphol heeft dit najaar een eerste proef gedaan met een speciale luchtzuiveringsinstallatie van Van Wees Innovations. Het apparaat laat lucht bewegen zodat ultrafijnstof samenklontert tot grotere deeltjes en gefilterd kan worden. Schiphol heeft het apparaat succesvol getest in een brandweerkazerne, grenzend aan het start- en landingsterrein. Met het gebruik van de luchtzuivering was er gemiddeld 75% minder ultrafijnstof aanwezig in de lucht op de kazerne.
Het apparaat zelf maakt de lucht nagenoeg volledig schoon. Omdat er 24 uur per dag in het gebouw wordt geleefd en er bijvoorbeeld ramen en deuren opengaan, komt de reductie tijdens de proef uit op gemiddeld 75%. Vanwege de positieve resultaten en om meer kennis op te doen, neemt de luchthaven het apparaat bij de brandweer langer in gebruik.
Schiphol is een van de eerste partijen die het apparaat heeft getest. De luchthaven wil luchtzuivering ook in andere gebouwen testen die grenzen aan het start- en landingsterrein, omdat de oplossing veel potentie heeft en Schiphol zo meer kennis opdoet. Deze toepassing staat namelijk nog in de kinderschoenen en is nieuw voor de luchtvaart. Schiphol onderzoekt daarnaast de mogelijkheid om luchtzuivering op het onderzoekslab op het platform van de D-pier te plaatsen, om te meten of dit principe hetzelfde effect heeft in de buitenlucht.
Druppels om ultrafijnstof uit de lucht te halen
Schiphol voert in november samen met het Koninklijk Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR) een proef met waterdruppels uit op Twente Airport. Het idee is dat de ultrafijnstofdeeltjes uit de vliegtuigmotor zich hechten aan de druppels, daardoor zwaar worden en als druppels op de grond vallen. Op die manier kunnen de ultrafijne stofdeeltjes zich niet verspreiden en niet worden ingeademd.
De luchthaven deed in 2022 een proef met nevel op Schiphol. Uit resultaten van de proef bleek dat het gebruik van nevel potentie heeft, maar het wetenschappelijke verband kon nog niet worden vastgesteld. Met een onderzoeksvliegtuig (de PH-LAB van NLR en TU Delft) doen de partijen een proef die hierop aansluit. Dat gebeurt op Twente Airport, een locatie waar NLR vaker onderzoek uitvoert vanwege de gunstige condities van het vliegveld. Voor de proef is het apparaat dat waterdruppels verspreidt doorontwikkeld en wordt er meer gespecialiseerde meetapparatuur gebruikt. Als de proef succesvolle resultaten heeft, is de volgende stap om het concept te toetsen op grotere schaal, wat vergelijkbaar zou moeten werken.
De proef is onderdeel van het Europese Green Deal project TULIPS, waar Schiphol trekker van is. Het TULIPS-programma richt zich op verduurzaming van luchthavens en luchtvaart.