Amsterdam vaart

Een kleine stap terug en dan gigantische stap vooruit in de bouwlogistiek

Vierhonderd jaar geleden ontstond Amsterdam rond, op en dankzij het water. Over de grachten werden de goederen en materialen aangevoerd voor de bouw van en het dagelijks leven in de stad. Wegen hebben die taak overgenomen. Maar zij slibben dicht. Het is tijd voor vernieuwing op basis van de lessen uit het verleden. PK Waterbouw en ORAM pakken de handdoek op en vragen gemeente en ondernemers mee te werken aan een nieuwe aanpak en meer bouwlogistiek over water.

bouwlogistiek water
Foto: Sam Krijger, PK Waterbouw

Bart Verweijen van PK Waterbouw én van startup ZOEV CITY en Menno van der Valk van ORAM bespreken op een zomerse dag de toekomst van de mobiliteit in Amsterdam. PK Waterbouw sorteerde 25 jaar geleden al voor op fijnmazig transport van goederen over de binnenwateren van Amsterdam. Het bedrijf is gespecialiseerd in watergerelateerde bouwwerken en biedt onder meer diensten in watertransport en overslag met materiaal dat onder lage bruggen en door smalle grachten kan. “We voeren in Amsterdam dagelijks bouwmaterialen aan en gemiddeld drie vrachten puin af. Dat gebeurt met stadHUBS met 80 ton laadruimte en speciaal ontwikkelde lage kranen op werkschuiten.”

Bouwlogistiek over water nog niet tussen de oren

Watertransport is een hot item. Het kreeg zelfs een vermelding in het nieuwe coalitieakkoord. Toch zit het nog onvoldoende tussen de oren, vinden Bart en Menno. Neem bijvoorbeeld het Westelijk Havengebied. Daar zijn aan het water veel nieuwe woningen gerealiseerd. Maar tijdens de bouw werd bijna niets over het water aangevoerd terwijl er wel veel overlast was van het bouwverkeer dat over de weg ging.

Er wordt veel over waterinfra gesproken, wij zijn het gewoon gaan doen

Bart rekent voor: “Een bakwagen kan gemiddeld met 15 pallets de stad in. Voor een klein appartementencomplex heb je al snel 3300 pallets nodig met 220 vrachtbewegingen. Wij kunnen dat met ongeveer 60 vrachten regelen en dan ook nog volledig elektrisch. We nemen in één keer enorme volumes mee en doen dat met schoon transport.” Beter voor de luchtkwaliteit, maar ook de belasting van de kademuren neemt af. En de aannemer heeft zijn voorraden altijd voorhanden.

Zuidas 

Ondernemersorganisatie ORAM is vanuit economisch oogpunt geïnteresseerd in het watertransport, vertelt Menno. “Als we nu niets doen is Amsterdam straks grotendeels onbereikbaar. En niet bereikbaar, betekent een slecht ondernemersklimaat. Wij zoeken met leden nieuwe mobiliteitsoplossingen, we initiëren en kunnen dankzij ons netwerk partijen samenbrengen.” De situatie is volgens hem op twee manieren urgent: zo staan in Amsterdam veel van de eeuwenoude kademuren op instorten, mede door het zware vrachtverkeer. Daarnaast wordt in Amsterdam de komende jaren volop gebouwd. Er is een grote woningbouwopgave, er wordt gestart met het Zuidasdok en er staan veel vastgoedprojecten op stapel. Menno: “De Zuidas is een postzegel waar zo enorm veel gebeurt. Als je dat allemaal op wielen moet doen, is dat niet te doen. Vierhonderd jaar geleden is de stad ingericht op vervoer over water. Het kan nu weer.”

Last mile over de weg

De waterinfra ligt er, Amsterdam kan dan ook ver komen met de ‘nieuwe’ vorm van vervoeren. Volgens Bart kan de keten zo worden ingericht dat de weg minimaal wordt gebruikt. Hij schat in dat ’minimaal 75% van de bouwlogistiek over water kan. “De kern van de Zuidas ligt misschien niet direct aan het water. Maar de gebiedsontwikkeling breidt zich uit naar RAI Amsterdam, het Stadionplein en Verdi ter hoogte van Park Schinkeleilanden. Daar is water in overvloed. Wat rest is de last mile. Daar kunnen we andere vervoersmiddelen voor inzetten, zoals kleine elektrische wagens.”

Tender om het watertransport te organiseren

Het is duidelijk, er stroomt water door zijn aderen. Bart kan precies uitleggen waar regionale waterwegen samenkomen. En hij lijkt alle locaties in en rond de stad te kennen die geschikt zouden zijn voor aanmeersteigers of een crossdock waar materialen van buiten de stad kunnen worden overgeladen op schepen. “Er gebeurt nu al veel in het Havengebied van Amsterdam. De schakel met de Zuidas is daar goed te maken via de Schinkel. Daarnaast is er een geschikte locatie waar de A10 over de Amstel gaat. Daar kan toch nooit gebouwd worden, omdat er veel leidingen in de grond zitten. Perfect voor de aanleg van een hub voor centrum en RAI.”

         “Het water is er, we kunnen vandaag beginnen

Ook de ondergrond lijkt na jaren watertransport geen geheimen meer voor hem te hebben. “De stad ligt vol met leidingen. Je kan niet overal sputpaaljes slaan om aan te meren. Ook kunnen lange sputpalen van invloed zijn op kademuren. Door een gebrek aan kennis, denken veel partijen dat het wel kan. Ik zou dan ook willen adviseren om niet alles zomaar open te gooien. Dan krijg je wildwest taferelen. Er is regie nodig.” Bart zou graag al zijn kennis en ervaring inzetten om het watertransport te organiseren. “Dat kan ZOEV City niet alleen, maar ik hoop evenmin dat we over een paar jaar met 15 partijen moeten knokken om de stadsdistributie over water te organiseren.”

Foto: Sam Krijger, PK Waterbouw

Een tender uitschrijven voor drie partijen die de boel in tien jaar gaan opzetten is een mogelijke oplossing , voegt Menno toe. “Dit is een opgave die je goed moet begrijpen voor je een oplossing kunt bieden. Daar zijn experts voor nodig. ORAM zal hier de komende tijd bij de gemeente aandacht voor vragen. Wat ons is betreft is de volgorde pitchen, programma’s ontwikkelen en dan doen op basis van kennis, kunde en praktijk.”

Faciliterende rol gemeente

In de toekomst wordt de publiek-private samenwerking belangrijk, denken Menno en Bart. De gemeente heeft hierbij een faciliterende rol. Menno: “Die kan op- en overslaglocaties voor hubs aanwijzen. Mogelijk is daar zelfs een regionale aanpak nodig.” Ook is het zaak dat er één visie komt waarin de plannen van alle partijen die zich nu met water bezighouden, worden geïntegreerd. “En er ligt een opgave in het veranderen van de mindset over vervoer over water. Zowel buiten als binnen de gemeente bij de afdeling Verkeer/Mobiliteit én bij Gebiedsontwikkeling. De watertoets is nu leidend,  maar daarbij wordt geen rekening gehouden met bevaarbaar water. Dat kun je beter gelijk oppakken.”

Ondernemers meekrijgen

Als de gemeente faciliteert, dan krijgt de markt vanzelf het vertrouwen om ook te investeren in vervoer over water. PK Waterbouw slaagt er nu al in om bedrijven mee te krijgen voor wie het water niet altijd de goedkoopste oplossing is. “Door te laten zien dat het werkt en binnen de processen past. Wij zijn betrokken bij veel infraprojecten van grote bouwondernemingen. Die waren eerst huiverig om met ons in zee te gaan, maar nu doen ze het graag. Ze hebben gemerkt dat het watertransport zich beter laat plannen. De bouwmaterialen staan nooit meer in de file.”

Menno besluit optimistisch: “De markt gaat overstag en we zien coalities ontstaan. Maar we moeten het ook echt binnen deze bestuurlijke coalitieperiode gaan doen. Laten we heldere intenties en ambities uitspreken en die dan vormgeven met concrete stappen. De inrichting van het proces komt vervolgens vanzelf.”

Oproep aan bedrijven

Bart Verweijen van PK Waterbouw /ZOEV CITY komt graag in contact met partijen die ook willen voorsorteren op het vervoer over water zoals leveranciers die hun goederen van de weg willen halen of aannemers in de binnenstad die met hun handen in het haar zitten. “Stuur me een mailtje. Ik kom graag langs en dan brengen we samen de routes en mogelijkheden in kaart.”

Menno van der Valk spreekt graag met partijen die zich willen aansluiten bij dit initiatief om te komen tot een breder draagvlak binnen de MRA en daarmee sneller een goede oplossing te kunnen bieden.