Onlangs hebben studenten van Hogeschool van Amsterdam (HvA) de resultaten gepresenteerd van 4 onderzoeken. Ze keken in twee onderzoeken naar kansen voor zero emissie vrachtvervoer. Twee andere groepen onderzochten het opzetten van nieuwe transportcorridors via andere, schonere modaliteiten dan de weg, onder meer vanuit het Europese achterland richting Amsterdam. De onderzoeken zijn gedaan in samenwerking met bedrijven uit de regio die wilden weten wat de voorwaarden zijn om een succesvolle businesscase voor schoner transport te ontwikkelen. De resultaten waren indrukwekkend, zegt Sjoerd Sjoerdsma programmamanager Noord West Connect en opdrachtgever van twee van de vier onderzoeken “Het zegt iets over het talent dat op de HvA rondloopt.”
De studenten van de minor Future proof airport seaport logistics voerden in groepjes van 4 de onderzoeken uit. De minor is dit jaar geheel vernieuwd vertelt senior onderzoeker Mainport Logistics Thierry Verduijn van de HvA. “In de oude vorm waren de onderwerpen in de minor niet herkenbaar voor de studenten. We lieten ze eigenlijk teveel hun eigen weg zoeken. Nu hebben we een aantal uitdagingen centraal gesteld en actief in de Metropoolregio Amsterdam (MRA) vragen opgehaald. De banden met bedrijven in de regio zijn daardoor flink aangehaald.”
“De banden met bedrijven in de regio zijn flink aangehaald”
Dat was een doelbewuste keuze. De HvA wil in de toekomst niet alleen een instelling zijn die human capital (afgestudeerde hbo-ers) voortbrengt, maar wil met het onderwijs ook een laagdrempelige kennispartner zijn. We agenderen en onderzoeken met studenten complexe en nieuwe vraagstukken uit de praktijk. De resultaten geven we weer terug aan de praktijk. Bedrijven hadden veel belangstelling om deel te nemen aan de onderzoeken. Dat verbaast Verduijn niet: “De transportsector is altijd wat terughoudend maar als je zelf het initiatief neemt dan dragen ze daar graag aan bij. De bedrijven die deelnamen kennen bovendien de markt goed. Dus ze weten hoe waardevol het onderzoek voor ze kan zijn. Maar zelf hebben ze er eenvoudigweg niet de tijd voor.”
Elektrisch van Amsterdam naar Parijs en terug
Twee groepen studenten stortten zich op schoner transport over korte of lange afstand, bijvoorbeeld met elektrische vrachtwagens. Het is een toekomst die niet ver weg is met de klimaatdoelstellingen van 2050, waarschuwt Thierry Verduijn: “Het is belangrijk zero emissie op de kaart te zetten en te kijken wat de eerste stap moet zijn om op de middellange en lange afstanden over te stappen naar schonere energiedragers. Daarom hebben we met de studenten een steen in de vijver gegooid.”
“Als je 600 kilometer naar Parijs rijdt, wil je niet halverwege laden”
Dat leverde een gedetailleerd rapport op over het traject Amsterdam-Parijs. De studenten namen technische vereisten (welke voertuigen zijn er in de markt, is gebruik van externe of eigen laadpalen nodig) mee in hun studie, eventuele mengvormen van schoon vervoer (deels elektrisch, deels biodiesel en/of waterstof) en routes. Ze deden dit voor elke schone brandstof afzonderlijk. Verder spraken ze ondernemers over de hobbels naar een overstap op elektrisch. Zo heeft deze groep het speelveld in kaart gebracht, zegt Verduijn. Inmiddels is een volgende groep studenten bezig met de ontwikkeling van een concrete pilot. “Daarin zetten ze waterstof naast elektriciteit. Want als je 600 kilometer naar Parijs rijdt, wil je niet halverwege stilstaan om op te laden.”
Sierteeltproducten elektrisch vervoerd tussen veilinglocaties Aalsmeer en Naaldwijk
Bij Royal FloraHolland werd het tweede onderzoek naar elektrisch vervoer gedaan. De coöperatie was met name geïnteresseerd in de vraag hoe het laad- en losproces op haar locaties zo efficiënt mogelijk kan worden gecombineerd met het opladen van elektrische trucks. “Veel bedrijven zijn zoekende hoe ze elektrisch rijden in hun bedrijfsvoering kunnen gaan opnemen. Onderzoeksbureau Panteia heeft bijvoorbeeld wel een TCO-model ontwikkeld waarmee de kosten van een elektrisch voertuig in kaart worden gebracht. Maar elektrisch moet ook passen in de operatie. Als je moet opladen, waar doe je dat en wanneer? Is het mogelijk om pendelroutes op te zetten? Hoeveel trucks zijn daarvoor nodig? En als je gaat pendelen, dan moet elk voertuig bij dezelfde dock uitkomen waar de laadinfrastructuur is neergezet. Wat als dat niet gebeurt?”, licht Verduijn herkenbare dilemma’s van bedrijven toe.
Zijn studenten kwamen tot aanbevelingen voor de scope van een eventuele pilot door het verkennen van beschikbare elektrische vrachtwagens, de laadprofielen van de pendelritten en de inrichting van de stroomvoorziening. De onderzoeker zegt blij te zijn met de resultaten en denkt dat er een vervolg komt. “Het sierteeltcluster ziet dat dit een goed moment is om door te pakken en bedrijven willen actief betrokken zijn. FloraHolland is een grote organisatie. Ze heeft schaal en slagkracht. Wij kunnen de logistieke vraag verder gaan verdiepen”, verwacht ik.
Modal shift; goederen van weg naar spoor of water
De derde groep studenten onderzocht in de Noord-Holland corridor wat de voorwaarden zijn voor een modal shift; goederen van de weg halen en ze overhevelen naar een transportcorridor met binnenvaartschepen op het traject Amsterdam-Zaandam-Alkmaar. De studenten stelden uitgebreide calculaties op voor de transportkosten bij twee types schepen. Ook keken ze naar andere factoren om vervoer via de binnenvaart rendabel te maken, waaronder bundeling van lading. Berekend werd hoeveel tochten per week mogelijk zijn en praktische zaken als de bruggen onderweg, hun hoogte en openingstijden, werden meegenomen in het onderzoek. Thierry Verduijn: “De studenten hebben gekeken naar de verbinding, maar het proces van ophalen van containers, etc. nog als aanname meegenomen”. ” De last mile, het vervoer van het binnenvaartschip naar de eindbestemming over 6 tot 8 kilometer, is zeker nog een uitdaging, concludeerden de studenten.
Van het Tsjechische Ostrava en Poolse Gliwice via Amsterdam naar Felixstowe
De vierde groep studenten onderzocht de kansen om trans-Europese transportcorridors op te zetten die het voor vervoerders aantrekkelijker maken om van de weg over te stappen op andere vervoersmodaliteiten. Kortom, hoe kan het bestaande netwerk van verbindingen vanuit centraal en Oost-Europa naar de MRA worden uitgebreid met transportcorridors die schoon, kostenefficiënt, betrouwbaar en snel zijn. De onderzoekers brachten goederenstromen in kaart en havensteden waarmee Amsterdam moet concurreren. Ze keken naar de aan- dan wel afwezigheid van intermodale transitterminals in andere (Oost-)Europese logistieke hubs en bestaande verbindingen met Amsterdam. Ook maakten ze berekeningen op welke voorwaarden vervoer per spoor goedkoper en acceptabel qua snelheid is dan via de weg.
Tekst loopt door onder afbeelding
Op basis van hun onderzoek kwamen de studenten uit op transportcorridors vanuit Tsjechië en Polen via Duitsland naar Amsterdam. Maar daar bleek het niet op te houden; dankzij Brexit blijkt er ook zelfs kans voor een corridor via short sea vanuit IJmuiden naar het Britse havens. Goederen zouden dan in Amsterdam overgeslagen worden. Thierry Verduijn zegt zelf verrast te zijn over de resultaten: “Dat betekent dat Amsterdam een nieuw knooppunt kan worden als er een goede achterlandverbinding is. Ik bedoel, je hoeft geen grote haven te zijn, als de verbinding met het achterland maar goed is. Dan komen de volumes mogelijk vanzelf. Overigens werkt het ook andersom: volumes zijn nodig om de achterlandverbinding te kunnen aanleggen.”
Hoge kwaliteit onderzoeken HvA naar transportcorridors en zero emissie
Sjoerd Sjoerdsma is als programmamanager van Noord West Connect (link naar pagina over NWC) opdrachtgever van de laatste twee onderzoeken. Hij is bijzonder tevreden over de resultaten: “Ik ben onder de indruk. De onderzoeken zijn goed en grondig en dat zegt iets over de kwaliteit van de studenten die op de HvA rondlopen en van hun opleiding.” Omdat de corridoronderzoeken vertrouwelijke informatie van deelnemende bedrijven bevatten, zijn ze voorlopig geanonimiseerd. Onder de deelnemende bedrijven zijn een grote internationale, multimodale vervoerder en een terminalbeheerder en internationale vervoerder in Amsterdam en omgeving. Zij hebben de onderzoeksresultaten met belangstelling gelezen en zijn wat betreft de Noord-Holland corridor nu in afwachting van de gemeente Alkmaar, zegt Thierry Verduijn. Heeft Alkmaar interesse in de aanleg van een terminal en wat zegt de gemeente over de haalbaarheid van een kostenefficiënte dienstregeling, is de vraag. De HvA-onderzoeker wacht voor het oppakken van vervolgonderzoek voor de Noord-Holland corridor de besluitvorming in Alkmaar af en hoopt er in het eerste semester van het volgende studiejaar op terug te komen. “Als bedrijven interesse hebben of een andere onderzoeksvraag, dan kunnen ze contact opnemen met de programmamanagers: Sjoerd Sjoerdsma (Noord West Connect/ modal shift) of Rob Koppejan (Zero emissie corridors) van Amsterdam Logistics.”
Meer informatie
Wilt u de onderzoeken van HvA naar de multimodale transportcorridors en zero emissie transport nalezen, dan kunt u ze opvragen via de mail:
De onderzoeken naar zero emissie transport:
- Vooronderzoek elektrisch transport rond Royal FloraHolland in Naaldwijk en Aalsmeer.
- Het implementatieplan elektrisch transport rond Royal FloraHolland in Naaldwijk en Aalsmeer.
- Een start maken met zero emission lange afstand wegtransport.
De twee (Engelstalige) onderzoeken naar een transportcorridor:
- Intermodal corridor Amsterdam – Central/Eastern Europe.
- North Holland Corridor.