Uniformeren en vernieuwen

“We hebben concrete verbeteringen behaald waar dat mogelijk was”, zegt Joost van Wijk. Hij is voorzitter van de MAR-L werkgroep die zich heeft gefocust op het toezicht bij de import en export van veterinaire en fytosanitaire goederen. “Tegelijkertijd hebben we samen met de bedrijven een ander belangrijk resultaat bereikt. Door de samenwerking hebben ondernemers en toezichthouders meer inzicht gekregen in de onderlinge werkprocessen. Als NVWA begrijpen we nu beter waardoor onze procedures soms onnodig belastend zijn. Door in gesprek te gaan, ontdekten toezichthouders dat het ook anders kan, uiteraard met dezelfde borging van publieke belangen op het gebied van volksgezondheid en diergezondheid. Ook kregen importeurs begrip voor het feit dat bepaalde procedures niet kunnen veranderen. Eind vorig jaar ontstond het idee om een volgende serie verbeteringen aan te pakken. We weten allemaal dat zo’n samenwerking niet altijd vanzelfsprekend of gemakkelijk is, maar we hebben goede resultaten behaald. Door de aanpak van de eerste serie knelpunten is het vertrouwen gegroeid. Projecten als deze helpen de NVWA om haar toezicht te uniformeren en te vernieuwen. We hebben dus alle reden om hiermee door te gaan.”

Eerste serie knelpunten aangepakt

Het project is onderdeel van de Maatwerk Aanpak Regeldruk Logistiek (MAR-L), een actie van overheden, vertegenwoordigers van handels- en productiebedrijven, de Topsector Logistiek en logistieke bedrijven. Bij de aanpak van deze knelpunten zijn de brancheverenigingen ACN, EVO, FENEX, GroentenFruit Huis en aan overheidszijde EZ, VWS, KCB en NVWA betrokken. Bij de start in maart 2015 hebben de partijen 13 knelpunten benoemd waarvoor het bedrijfsleven een oplossing heeft gevraagd.

De uitkomsten

1. Eenvoudig meerdere aangiften per product doen
Voor sommige producten of partijen zijn verschillende aangiften nodig, bijvoorbeeld op het gebied van plantenziekten en volksgezondheid. De aangifteprocedure voor fytosanitaire producten en plantaardige levensmiddelen wordt door een aantal ondernemers als een knelpunt genoemd. Na analyse bleek het probleem veel kleiner dan gedacht. Dat wordt nu meegenomen in de aanpak Blik op 2017, het traject van stroomlijning en automatisering van processen binnen de NVWA.
2. Duidelijkheid over de locatie van keurpunten in Rotterdam
Het aantal keurpunten in de haven van Rotterdam is beperkt. Op verzoek van enkele ondernemers die een nieuw keurpunt willen beginnen, is de mogelijkheid onderzocht om keurpunten verder van de terminal te vestigen. Dat blijkt niet mogelijk, omdat de Europese Commissie heeft bepaald dat goederen dicht bij de locatie waar ze aan land komen moeten worden gekeurd.
3. Minder rekenwerk door gespecificeerde nota’s
Keuren kost geld. Douaneagenten berekenen deze kosten door aan de importeurs. Op de nota’s van de NVWA werden de keuringskosten echter niet gespecificeerd. Dat bezorgde de aanbieders veel uitzoekwerk. De NVWA heeft dit knelpunt opgelost door een eenduidige code te koppelen aan elke partij goederen, de keuringswerkzaamheden en de factuur daarvoor. Dat bespaart de aanbieder werk en vermindert de kans op fouten.
4. NVWA meldt goedkeuring rechtstreeks aan Douane
Een importeur van bijvoorbeeld snijbloemen ontvangt bij goedkeuring van zijn partij een code van de NVWA. Ook de Douane ontvangt deze code. De importeur gaat naar de Douane en meldt de goedkeuring van zijn bloemen op vertoon van de code. Dit kan eenvoudiger als de NVWA de goedkeuringsbeslissing rechtstreeks bevestigt aan de Douane. De werkwijze wordt verder verbeterd in het NVWA-vernieuwingstraject van de informatiesystemen, Blik op 2017.
5. Plannen, keuren en servicelevel
Een aantal bedrijven vroeg om meer tijden en plaatsen om goederen te laten keuren. Er zijn voor Rotterdam en Schiphol verschillende opties onderzocht. Over de werkwijze op Schiphol, waar de afstanden beperkt zijn, zijn gesprekken gevoerd en zijn betrokkenen tevreden over de huidige dienstverlening van de NVWA. Na doorrekenen van de alternatieven, bleek een andere werkwijze niet voordeliger voor de importeurs en zou het service niveau niet verbeteren. Voor verkenning van de mogelijkheden in Rotterdam is een werkgroep gestart die allereerst zal kijken naar de veterinaire import en daarna de import van levensmiddelen.
6. Hoor en wederhoor bij onenigheid
Als een partij goederen wordt afgekeurd, kan de importeur geen tweede keuring door een andere dienst aanvragen. In het verleden was dat wel mogelijk. Bedrijven hebben verzocht om herinvoering van deze mogelijkheid voor veterinaire producten, maar de huidige regelgeving laat daarvoor geen ruimte. Om bedrijven toch de mogelijkheid van hoor en wederhoor te bieden, zal de keuringdierenarts zijn voorgenomen besluiten tot weigeren melden aan de aanbieder. Die heeft daarna 24 uur om zijn eigen zienswijze te geven. Heeft de aanbieder een andere zienswijze, dan zal een andere ervaren dierenarts het besluit opnieuw overwegen en de zienswijze van de aanbieder daarin meenemen.
7. Intensieve controle verpakkingshout onderbouwd
Nederland onderzoekt 50% van het verpakkingshout dat aan land wordt gezet, hoewel de EU de controle van minimaal 15% voorschrijft. Nederlandse bedrijven maken hierdoor hogere kosten dan hun Europese collega’s. De staatssecretaris heeft op 10 oktober 2016 in een brief aan de Tweede Kamer deze intensievere controle van verpakkingshout verklaard. De reden dat dit hoge percentage wordt aangehouden, is dat bij dit product (GN-code van de Douane 6803 00) vaak parasieten zijn aangetroffen, bijvoorbeeld boktor. De hoge bomendichtheid in Nederland, de vele boomkwekerijen en het feit dat veel import voor de EU via Nederland loopt, vraagt om deze intensievere controle.
8. Transparantie doorlooptijden laboratorium bij onderzoek hoog risico levensmiddelen
De NVWA heeft op haar website een overzicht van doorlooptijden gepubliceerd:
Tabel nvwa doorlooptijden
De NVWA realiseert de genoemde doorlooptijden voor circa 95% van de bemonsterde partijen. De resterende 5% betreft op zaterdag bemonsterde partijen (circa 3%) en partijen waarbij om uiteenlopende andere redenen vertraging optreedt.
9. Betere samenwerking bij documentencontrole
Bedrijven vinden dat de Douane bij de documentencontrole te snel besluit om afwijkende zendingen over te dragen aan de NVWA. Een enkele fout in het papierwerk kan leiden tot een vertraging van het keurproces. Dit speelt met name in Rotterdam. De voorkomende fouten bij de aanbieding van documenten zijn geïnventariseerd. Aanbieders en controleurs hebben de uitkomsten gezamenlijk geanalyseerd en vastgesteld dat zowel aanbieders als controleurs een verbeterslag kunnen maken. NVWA en FENEX zullen in een workshop hier nader op ingaan, waarbij aanbieders en controleurs meer inzicht zullen krijgen in elkaars logistieke processen. Ook op Schiphol zal deze analyse worden uitgevoerd.
10. Behandelingen van vragen en klachten door NVWA
Een knelpunt betrof klachten over de wijze waarop de NVWA omgaat met vragen en klachten. Bij nadere analyse bleek het probleem te zitten in de trage beantwoording van vragen die via het Klant Contact Centrum (KCC) binnenkomen bij de NVWA. De doorlooptijd van vragen is geanalyseerd en daaruit blijkt dat vragen gemiddeld binnen 5,5 dagen worden beantwoord. Deze analyse zal regelmatig worden herhaald om de score te blijven volgen. Het NVWA-team import en export beantwoordt de meeste vragen binnen 2 tot 3 dagen. Een deel van de vertraging komt doordat vragen niet altijd rechtstreeks bij dit team binnen komen.
11. Testen van watergehalte pluimveevlees
De NVWA neemt op verzoek van COKZ (Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel) monsters van pluimveevlees bij import. De voorkeur lijkt nu uit te gaan naar een bemonstering elders in de keten. Aangezien het COKZ opdrachtgever is van het onderzoek, zal met de COKZ worden besproken of de bemonstering op een ander moment in de logistieke keten kan plaatsvinden.
12. Bij verbroken zegel volgt materiële controle
Als het zegel van een zending is verbroken, zal de zending volledig worden gecontroleerd. De NVWA handelt hiermee in overeenstemming met een recente uitspraak van de rechter die bepaalde dat het ontbreken van het zegel geen aanleiding is om de zending te weigeren.
13. Wie neemt monsters van hoog risico levensmiddelen?
De NVWA neemt monsters van levensmiddelen bij import en onderzoekt deze in eigen laboratoria. Er is voorgesteld dat andere controle-instellingen die deze bedrijven bezoeken, monsters mogen nemen. De NVWA kan die daarna onderzoeken. Het onderwerp ligt voor verdere behandeling bij VWS.

Verder stroomlijnen importprocedures

Na het voltooien van de eerste tranche zijn er nog andere knelpunten die om een oplossing vragen. Daarnaast zijn er nieuwe punten ontstaan. De NVWA gaat daarom samen met het bedrijfsleven een volgende serie knelpunten aanpakken. Deze knelpunten hebben betrekking op drie thema’s: meedenken met het bedrijfsleven (en oog hebben voor de eigenheid van logistiek), oog hebben voor het level playing field en meer openheid in de samenwerking.
Ook deze tweede tranche zal naar verwachting niet de laatste zijn, omdat zich altijd situaties zullen voordoen die vragen om een gezamenlijke aanpak.

Informatie en contact

Wilt u meer weten over de wijze waarop de NVWA inspecties stroomlijnt of wilt u een knelpunt melden, neem dan contact op met uw brancheorganisatie.
Bron: ACN.nl.